IJSHOCKEY SCHAATSEN SLIJPEN – THEORIE

Schaatsen slijpen, een maandelijks ritueel in het ijshockey. In dit artikel behandelen we de basistheorie achter het schaatsen slijpen, welke invloed dit heeft op jouw schaatsbeleving en welke keuzes jij zelf kunt maken bij het slijpen van je schaatsen.

HOLLING (RADIUS)

De onderkant van het schaatsblad dat contact maakt met het ijs noemen we het schaatsvlak. Hoe platter dit schaatsvlak is, hoe sneller de schaats zal glijden over het ijs (minder weerstand). Om het mogelijk te maken om korter te draaien, keren en stoppen, wordt bij ijshockeyschaatsen een holling geslepen. Deze holling is vanaf de voorkant gezien ‘cirkelvormig’ en zorgt ervoor dat er twee dunne randen ontstaan op het schaatsvlak.

Een diepere holling zorgt ervoor dat de randen van het schaatsijzer dieper in het ijs doordringt wat resulteert in een hogere weerstand. Deze weerstand zorgt voor meer grip en wendbaarheid. De keerzijde van deze weerstand is dat het meer kracht kost om snelheid te behouden, waardoor je sneller vermoeid raakt en uiteindelijk moet inleveren op topsnelheid ten opzichte van een vlak schaatsvlak.

“Mijn schaatsen zijn te scherp.”

Een veel gemaakte opmerking in de kleedkamer: “mijn schaatsen zijn te scherp”. Over het algemeen worden schaatsen te diep geslepen. Wanneer je na het slijpen moeite ondervindt met bijvoorbeeld remmen of struikelt, dan kun je experimenteren met een minder diepe holling, wat resulteer in een vlakker schaatsvlak met minder weerstand. Het verschil is subtiel, maar voelt vaak een stuk beter.

Maatvoering: radius

De maatvoering die we hanteren is de zogenaamde radius. Een kleine radius zorgt voor een diepe holling! Een grotere radius zorgt voor een minder diepe holling en een vlakker schaatsvlak. Typische jeugdhockeyspelers hebben relatief minder lichaamsgewicht en zijn comfortabel met een groef van 13-16mm. Senioren zijn doorgaans comfortabel met een groef van 16-19mm.

Welke holling (radius) past bij mij?

Spelers kunnen eerst de standaardradius proberen van 16mm en vervolgens experimenteren met een andere maat op basis van persoonlijke voorkeur. Tip: zoek een radius die zo vlak mogelijk is, waarbij je voldoende grip ervaart en comfortabel kunt schaatsen. Zo schaats je het meest efficiënt: meer snelheid en minder vermoeidheid.

Sommige spelers geven de voorkeur aan meer grip (diepere holling, kleinere radius), omdat ze bijvoorbeeld:

  • harder willen accelereren en agressiever bochten
 willen draaien

  • meer grip in het ijs willen om hun positie te verdedigen

  • goalies met butterfly stijl = meer grip.

Andere spelers geven de voorkeur aan minder grip (grotere radius), omdat ze dan een platter schaatsvlak voelen:

  • minder wrijving en dus meer topsnelheid
  • minder vermoeidheid, omdat er minder wrijving is om te overwinnen
  • voor goalies met stand-up stijl.
SCHAATSIJZER-HOLLING6
“NHL-SPELERS”

Een interessant weetje: vroeger speelden NHL-spelers op een kleine radius (8mm, 10mm en 13mm), maar veel pro’s van tegenwoordig schaatsen nu op grotere radius (16mm, 19mm en 22mm), dus een veel platter schaatsvlak. Dit laat alleen maar zien dat, naarmate spelers zwaarder en vaardiger worden, ze leren om hun randen efficiënter te gebruiken.

In het kort:
  • De holling aan de onderkant van het schaatsvlak, bepaalt voor een groot deel de grip op het ijs.

  • Hoe kleiner de radius, hoe dieper de holling, hoe meer grip je ervaart.

  • Hoe groter de radius, hoe vlakker het schaatsvlak, hoe hoger de topsnelheid.

  • De meest gebruikte radius voor ijshockeyschaatsen is 13-16mm (jeugd) en 16-19mm (senioren).

  • Tip: zoek een radius die zo vlak mogelijk is, waarmee je comfortabel kunt schaatsen. Dit zorgt uiteindelijk voor de meest efficiënte schaatsbeleving.

PROFIEL (CONTOUR)

Met profiel bedoelen we de ronding of contour van het schaatsijzer, gezien vanaf de zijkant (van hiel tot teen). Waarbij de maat van het profiel overeenkomt met de radius van een cirkel. De radius bepaalt uiteindelijk de hoeveelheid ijscontact tussen schaatsijzer en het ijs. Over het algemeen is een kleinere radius beter voor acceleratie en wendbaarheid en een grotere radius is beter voor snelheid en stabiliteit.

Profiel_radius_RGBA

Welk profiel past bij mij?

Uiteindelijk moet het profiel passen bij je schaatsstijl en behoefte aan stabiliteit. Verschillende factoren zijn van invloed op de profielkeuze: schaatstechniek (schaats je laag door de knieën of meer rechtop?), lichaamslengte en spelpositie. Een keeper heeft bijvoorbeeld veel stabiliteit nodig en dus een grotere radius, net zoals verdedigers (meestal) meer stabiliteit wensen. Een aanvaller heeft meer behoefte aan wendbaarheid en dus een kleinere radius. Dit alles hangt ook samen met de lengte van de speler, hoe langer de speler, hoe hoger het lichaamszwaartepunt, hoe (potentieel) instabieler de speler is. Daardoor hebben langere spelers meer behoefte aan een stabieler schaatsvlak. Waarbij kortere spelers dichter op het ijs staan en daardoor makkelijker met een korter profiel kunnen schaatsen.

Het profiel van ijshockeyschaatsen varieert tussen 9 ft en 17 ft (3m – 5m). Waarbij 9 ft relatief weinig ijscontact heeft en een profiel van 17 ft veel ijscontact (= meer stabiliteit). Kleine kinderen en beginners kunnen starten met een radius van 15-17 ft (4,5 – 5m), dit geeft relatief meer balans, waardoor ze effectiever leren schaatsen. Naarmate de speler ouder wordt en beter leert schaatsen kan de radius worden verkleint. De hoeveelheid ijscontact heeft indirect ook invloed op de grip en het slijpen van de benodigde holling. Bij een groter profiel kun je een minder diepe holling laten slijpen, omdat je meer ijscontact hebt (dus relatief meer grip). Kijk in de tabel hieronder voor een tabel met profielmaat en profieleigenschappen.

profiel-eigenschappen_RGBA
PROFIELEN

17 ft

15 ft

14 ft

13 ft

11-12 ft

9-10 ft

Goed profiel voor balans (kleine kinderen en beginners).

Goed profiel voor beginners die meer wendbaarheid willen.

Goed algemeen profiel voor een volwassen speler met grote lichaamslengte.

Goed algemeen profiel voor een volwassen speler.

Goed algemeen profiel voor een jeugdspeler of volwassen speler.

Goed profiel voor spelers met behoefte aan extreme wendbaarheid of kortere lichaamslengte.

Voetnoot: Een ‘profiel slijpen’ is overigens iets meer werk dan het reguliere ‘holling-slijpen’. De kosten zijn ook hoger (20-40 euro), maar dit is eenmalig. Houdt er rekening mee dat je je schaatsen iets langer kwijt bent dan normaal. Noteer je profiel en noteer je ervaringen na het schaatsen, zo kun je systematisch testen welk profiel het beste bij je past.

Combi-Profiel

Tegenwoordig kun je ook een zogenaamd combi-profiel laten slijpen. Dit gebeurt met een speciale machine, waarbij een mal de contour van de schaatsijzers bepaalt (ProSharp AS2001BladeMaster Contouring System, SSM Optimal-NC, CAG One), waarbij de voorkant van het schaatswijzer een relatief korte radius heeft voor betere acceleratie en wendbaarheid. En de midden- en achterkant van het schaatsijzer een relatief grotere radius voor meer snelheid en betere stabiliteit. Voor recreatiespelers is een standaard (enkel) profiel tussen 9 en 17 ft. voldoende, een combi-profiel is geschikt voor spelers die echt willen experimenteren.

KANTELPUNT (DRAAIPUNT)

Het draaipunt of kantelpunt (pivot point) van het ijzer is het laagste punt waarop de ijzers ‘balanceren’ op het ijs en bepaalt deels het postuur of lichaamsbalans. Bij het profileren van de ijzers wordt ook het kantelpunt bepaalt, in principe is een neutrale positie gewenst, recht door het middelpunt van de ijzers.

Men kan er ook voor kiezen om het kantelpunt naar achter te verplaatsen (bij een combi-profiel verplaatst dit automatisch naar achter), wat resulteert in een kleine kanteling van de lichaamsbalans naar voren (forward lean). Deze verschuiving helpt om sneller te accelereren, maar is wel een stuk vermoeiender dan een neutrale positie. De schaatser moet dieper door zijn knieën en het lichaam wordt continue gedwongen om balans te behouden.

In het kort:
  • een kleiner profiel heeft minder ijscontact en maakt het mogelijk om sneller te draaien en accelereren, maar kost meer kracht, waardoor je sneller vermoeid raakt.

  • een groter profiel zorgt voor meer ijscontact en daardoor meer snelheid, minder vermoeidheid en meer stabiliteit. Daarbij kun je op een groter profiel ook een minder diepe holling slijpen, omdat je meer ijscontact hebt en daardoor meer grip.

Er is dus niet een maat die voor iedereen hetzelfde werkt. We hopen dat je met deze kennis kunt experimenteren, om uiteindelijke de maatvoering te vinden die het beste past bij jouw schaatsstijl en die comfortabel aanvoelt. Belangrijk om te onthouden: een goede schaatsbeleving begint bij een goede schaatstechniek!

CONVERSIETABELLEN

Sommige slijpmachines geven de maatvoering weer in IMPERIAL (US), met deze tabel kun je de Europese maatvoering omrekenen naar Imperial en vice versa.

CONVERSIETABEL I

CONVERSIETABEL II

METRISCH (mm)

IMPERIAL (inch)

IMPERIAL (foot)

METRISCH (m)

8

10

13

16

19

22

25

28

30

  1/4

  3/8

  1/2

  5/8

  3/4

  7/8

    1

    1 7/64

    1 3/16

9

10

11

12

13

14

15

16

17

  2,74

  3,04

  3,35

  3,66

  3,96

  4,27

  4,57

  4,88

  5,18